Het spamdebat van de Perslijst van afgelopen woensdag houdt de gemoederen bezig. Misschien niet onverwacht, omdat de zaal vol zat met communicatie en pr-mensen die het allemaal onbegrijpelijk vinden dat OPTA persberichten wil kunnen aanmerken als spam. Mijn standpunt is wel duidelijk. Ik steun van harte de strijd van OPTA tegen spam, maar vind dat de toezichthouder te ver gaat en geen oog heeft voor volstrekt legitieme vormen van communicatie: persberichten, maar ook berichten van bedrijven aan relaties, berichten van wervingsbureau’s aan werkzoekenden met een profiel op vacaturesite.nl, enz.
Aernoud Engelfriet geeft een goede samenvatting van de discussie. Remco Janssen is directer: OPTA kan de boom in met zijn spamwetje. Begrijpelijk. Want het is natuurlijk ook niet goed uit te leggen. Het spamprobleem wordt niet veroorzaakt door persberichten.
Wat OPTA volgens mij zou kunnen doen is met wat meer aandacht het begrip ‘commerciele, idieele of charitatieve communicatie’ gaan uitleggen. En daarbij moet, lijkt mij, vooral ook worden gekeken naar de (al dan niet geobjectiveerde) verwachtingen van de ontvanger van het bericht. Ik heb OPTA gesuggereerd om in zijn Veelgestelde vragen over spam iets op te nemen met de volgende strekking:
of een bericht commercieel is wordt onder andere bepaald aan de hand van hoe de ontvanger daarvan het opvat. Een persbericht is geen spam, tenzij de inhoud daarvan door de ontvangers redelijkerwijs kan worden opgevat als een commercieel, idieel of charitatief bericht.
Daan Molenaar, die in het debat de onpopulaire positie van de toezichthouder mocht toelichten, heeft toegezegd dat hij dit meeneemt. Ik wacht af.
Wordt ongetwijfeld vervolgd.